Rolpadmoment


Je kunt op stilteretreat in een afgelegen monnikenklooster, maar in feite ligt zen overal voor het grijpen.

Mijn zenmoment is het rolpad van de Colruyt.

Vanuit de parking geraak je ermee in de winkel op het eerste verdiep. Je rijdt er met je winkelkar op, maar die blokkeert op de band. Dus kun je vervolgens tien seconden helemaal nergens naartoe, niks doen, niks ondernemen. Je moét wachten. Onder jou schuift de vloer je zachtjes richting warenhuishemelen.

Altijd overvalt mij een instant rust. Die me telkens weer verbaast. Want het is tenslotte het fokkin rolpad van de Colruyt.

Een bord waarschuwt: ‘Kar vasthouden!’ Maar zo’n aanmaning lijkt me onverenigbaar met mijn kortstondige staat van verlichting, dus laat ik lekker los.

Hè hè. Niemand kan mij voorbij, ik kan niemand voorbij. De ratrace stopt hier letterlijk. En toch ga ik vooruit. Magisch. Een beetje het omgekeerde van de situatie waarin we maar al te vaak zitten: veel gedraaf en toch stilstaan.

Ik kan me voorstellen dat sommigen het moment aangrijpen om inderhaast de smartphone te checken. Want, horror vacui. Zelf – geef ik toe – plooi ik nog rap mijn boodschappenlijstje tussen het daartoe voorziene lipje van de kar.

Maar dan heb ik nog een zestal seconden over voor het simpele meebewegen met de wereld.

En daarna is het voorbij. Word ik weer die gejaagde neuroot, die het zintuiglijke bombardement van de supermarkt binnen stapt.

Ik bedenk elke keer hoe dat rolpad weergeeft hoe het éigenlijk zit in het leven. We staan op het kosmische rolpad achter de kosmische winkelkar. Onze manoeuvreerruimte is relatief beperkt, maar dat bedoel ik niet negatief, integendeel. Op elk gegeven moment hebben we X aantal mogelijkheden en die zijn – gelukkig – niet oneindig. Ook al denken we dat misschien soms: ik zou een wereldster kunnen zijn als ik maar…, een villa met landgoed kunnen kopen als ik maar…, …

Wat er werkelijk gebeurt is: we schuifelen gezapig verder op ons pad, ingeperkt achter onze kar. En hoe bevrijdend is dat. Dit is ons pad. Er moet helemaal niets, we geraken sowieso wel ergens.

Het plezier van het rolpad bestaat er net in te ontdekken welke mogelijkheden er wél allemaal zijn. Om je goesting te doen. Om te creëren, dansen, dromen, uitpuffen, praten, zwijgen. We zijn geenszins passief. Tegen benepen vermaningen kunnen we heerlijk recalcitrant ‘foert’ zeggen. En misschien gaan we op een dag wel echt eens op onze bek, maar dan hebben we dat ook geleerd.

Sta daar nu maar rustig te mijmeren en te frunniken met je boodschappenlijstje. Het komt wel.

Ach, stond ik maar constant op dat rolpad.

Oh wacht, ik sta erop.

foto: Joshua Hoehne | Unsplash

Vorige
Vorige

Stukje

Volgende
Volgende

Hard werken